toedieningsvorm
zuigtablet
dosering
Dosering
1,
Max. Dagdosering
5
leeftijdsindicatie
vanaf 12 jaar
gebruik tijdens zwangerschap
Nee
gebruik tijdens borstvoeding
Nee
gebruiksinstructies (officieel)
Gebruiksinstructies
3-6 uur tussen innames aanhouden; tijdens opzuigen, tablet door de mond blijven bewegen.,
Gebruiksbeperking
Niet gebruiken bij kinderen jonger dan 12 jaar. Intolerantie bepaalde suikers. Dit middel gaat niet samen met alcohol. Als u zwanger wilt worden. Kan duizeligheid of zichtstoornissen veroorzaken. Niet langer dan 3 dagen gebruiken.,
Contra-indicatie
Niet gebruiken bij allergie voor één van de stoffen in dit geneesmiddel. Overgevoeligheid voor NSAID's, maag-/darmzweer, hart-, nier- of leverfalen, bloedstollings- of bloedingsproblemen. Laatste 3 mnd zwangerschap.,Indicatie: Het verlichten van keelklachten zoals keelpijn en zwelling.
bewaren
Bewaaradvies
Buiten bereik en zicht van kinderen houden in goed afgesloten oorspronkelijke (buiten)verpakking.,
Houdbaarheid
Niet meer gebruiken na uiterste houdbaarheidsdatum. Te vinden op etiket achter 'EXP' staan een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste houdbaarheidsdatum.,
Verwijderinstructies
Spoel geneesmiddelen niet door gootsteen of WC en gooi niet in prullenbak.
risicowaarschuwing
- Dit geneesmiddel kan maagklachten veroorzaken, vooral bij lang gebruik. Wij adviseren u voor gebruik de bijsluiter te lezen.
- Niet gebruiken bij kinderen jonger dan 12 jaar.
- Niet gebruiken bij ouderen.
- Niet gebruiken zonder overleg met een arts als u ook andere medicijnen gebruikt of een andere aandoening heeft.
- Niet gebruiken als u zwanger wilt worden, bij zwangerschap of borstvoeding.
- Niet gebruiken bij slechte nier- of leverfunctie.
- Stop direct met het gebruik bij huiduitslag of wondjes in de mond.
- Niet langer dan 3 dagen achtereen gebruiken.
- Beweeg de zuigtablet tijdens het opzuigen in de mond rond om lokale irritatie te voorkomen.
wanneer naar de huisarts
Als er ook sprake is van benauwdheid, piepende of gierende ademhaling. Als slikken of drinken niet meer gaat, er gekwijld wordt of de mond niet meer goed open kan. Bij steeds zieker worden of klachten aan één kant van het hoofd. Bij een chronische ziekte en/of (chronisch) gebruik vaste medicijnen. Bij koorts die minimaal 3 dagen duurt of als de keelpijn langer dan 10 dagen duurt.