Ziekenhuisbevalling: alles wat je moet weten

Je kan zelf kiezen of je liever in het ziekenhuis of thuis bevalt. Sommige vrouwen vinden het fijn om in een vertrouwde omgeving te bevallen, terwijl anderen het geruststellend vinden om hun kindje in het ziekenhuis ter wereld te brengen. Er zijn twee soorten ziekenhuisbevallingen:

• Poliklinische bevalling: Hierbij is er geen medische reden om in het ziekenhuis te bevallen. Je eigen verloskundige begeleidt de bevalling, samen met een kraamverpleegkundige. Na de bevalling ga je meestal binnen enkele uren weer naar huis.
• Klinische bevalling: Hierbij is er wel een medische noodzaak. Een verloskundige van het ziekenhuis of een gynaecoloog begeleid je dan.

Een bevalling in het ziekenhuis biedt enkele voordelen:

• Directe medische zorg: specialisten en medische apparatuur zijn direct beschikbaar bij complicaties.
• Gemoedsrust: voor sommige vrouwen geeft het een veilig gevoel om in een medische omgeving te bevallen.

Er zijn mogelijk ook enkele nadelen verbonden aan een ziekenhuisbevalling:

• Minder privacy: Je bevindt je in een medische omgeving met mogelijk meerdere zorgverleners.
• Kosten: Zonder medische indicatie kan het zijn dat je een eigen bijdrage voor de bevalling moet betalen. Dit is afhankelijk van je zorgverzekering en de polisvoorwaarden.
• Verplaatsing: Tijdens de weeën moet je naar het ziekenhuis reizen, wat ongemakkelijk kan zijn.

Als je hebt gekozen voor een bevalling in het ziekenhuis, is het niet nodig om bij de eerste wee direct te vertrekken. Bespreek met je verloskundige wanneer je hem of haar kan bellen om langs te komen. Hij of zij bekijkt dan wanneer je naar het ziekenhuis kan gaan. Meestal is dat bij ongeveer 5 centimeter ontsluiting.

In de volgende situaties is het verstandig om je verloskundige te bellen:

• Je hebt een uur lang regelmatige weeën met tussenpozen van zo’n 5 minuten.
• Je vliezen zijn gebroken.
• Je verliest bloed uit je vagina.

Meestal kan je met eigen vervoer, mits iemand anders rijdt, naar het ziekenhuis. Het is beter om niet zelf te rijden. Is er niemand die jou kan brengen? Neem dan een taxi. Vergeet niet wat handdoeken mee te nemen om op te zitten.

Het is handig om van tevoren een tas klaar te zetten met alle spullen die je nodig kan hebben tijdens je ziekenhuisopname. Dit wordt ook wel een vluchttas genoemd. Denk bijvoorbeeld aan:

• Nachtkleding, ondergoed, warme sokken en schone kleren voor jezelf.
• Toiletspullen, zoals shampoo, deodorant en een haarborstel.
• Medicijnen, als je die gebruikt.
• Kleding voor je kindje.
• Een Maxi-Cosi of autostoeltje.

Bekijk ook eens onze tips voor je babyuitzetlijst en je kraamlijst!

In het ziekenhuis word je opgevangen door een verpleegkundige, die je wat vragen stelt. Bedenk alvast de antwoorden op bijvoorbeeld de volgende vragen:

• Wanneer zijn de weeën begonnen?
• Hoeveel tijd zit er tussen de weeën?
• Hoelang duurt één wee?
• Zijn je vliezen gebroken?
• Heb je de slijmprop verloren?
• Wanneer heb je voor het laatst een bezoek gebracht aan het toilet?

In het ziekenhuis heb je snel toegang tot meer zorg dan thuis. Denk hierbij aan:

• Een CTG-apparaat, waarmee de weeën en de hartslag van je (ongeboren) kindje worden gemeten.
• Pijnbestrijding
• Mogelijkheden voor een vacuüm- of tangverlossing.
• Inknippen en het hechten van de inknip.

De menselijke zorg is thuis en in het ziekenhuis ongeveer hetzelfde. In beide situaties is er een verloskundige bij je die de bevalling begeleidt, geassisteerd door een kraamverzorgende. In het ziekenhuis kan er echter sneller een gynaecoloog ter plaatse zijn, bijvoorbeeld als er ingegrepen moet worden.

De kosten van een ziekenhuisbevalling hangen af van de reden en je zorgverzekering:

• Medische noodzaak (klinische bevalling): De kosten worden volledig vergoed door de basisverzekering. Er geldt geen eigen risico.
• Zonder medische noodzaak (poliklinische bevalling): Je betaalt meestal een eigen bijdrage voor het gebruik van de verloskamer. Deze bijdrage is afhankelijk van je zorgverzekeraar. Neem contact op met je verzekeraar voor specifieke informatie.

Een goede voorbereiding helpt bij een soepele ziekenhuisbevalling:

• Ziekenhuistas: Zorg dat je vanaf week 37 een vluchttas klaar hebt staan met benodigde spullen.
• Route plannen: Oefen de route naar het ziekenhuis, zodat je weet hoe je er moet komen.
• Geboorteplan: Schrijf je wensen op en bespreek deze met je verloskundige.

Na de bevalling wordt zowel jij als je baby gecontroleerd:

• Voor de baby: Controle van ademhaling, hartslag en algemene conditie. Vaak wordt de Apgar-score bepaald om de gezondheid van je baby te evalueren.
• Voor de moeder: Controle van de baarmoeder, bloedverlies en eventuele hechtingen. Je wordt geholpen met opfrissen en krijgt begeleiding bij de eerste voeding van je baby*.

De verblijfsduur in het ziekenhuis hangt af van het type bevalling en je herstel:

• Poliklinische bevalling: Als alles goed gaat, mag je meestal binnen enkele uren naar huis.
• Klinische bevalling: Bij een medische noodzaak blijf je vaak langer in het ziekenhuis, afhankelijk van je herstel en de gezondheid van je baby. Dit kan variëren van enkele dagen tot een week.

Overleg met je zorgverlener wanneer je veilig naar huis kan. Zorg ervoor dat je thuis alles klaar hebt staan voor de kraamtijd.

Tijdens een ziekenhuisbevalling is er altijd medische hulp in de buurt. Bij complicaties kan snel worden ingegrepen. Voorbeelden van mogelijke complicaties en de bijbehorende zorg:

• Langdurige bevalling: Er kan worden gekozen voor medicatie om de bevalling te versnellen of een keizersnede als dat nodig is.
• Pijnstilling: Bij intense pijn kan je pijnstilling krijgen.
• Verloskundige ingrepen: Zoals een vacuümverlossing of het inknippen van het perineum om de bevalling te vergemakkelijken.
• Bloedverlies: Bij overmatig bloedverlies na de bevalling wordt direct gestart met behandeling, zoals het toedienen van medicatie of een transfusie.

Complicaties zijn in een ziekenhuisomgeving sneller op te vangen dan thuis, waardoor dit een belangrijk voordeel is.

Ook als je aanvankelijk hebt gekozen voor een thuisbevalling, kan het gebeuren dat je alsnog naar het ziekenhuis moet. Dit kan bijvoorbeeld bij:

• Geen voortgang in de ontsluiting.
• Verhoogde hartslag van de baby of de moeder.
• Overmatig bloedverlies.
• Onregelmatige weeën activiteit.

Het is verstandig om altijd een ziekenhuistas klaar te hebben, zelfs als je thuis wilt bevallen. Zo ben je voorbereid op alle situaties.

De aanwezigheid en steun van je partner tijdens de bevalling kan een groot verschil maken. Dit kan je partner doen:

• Emotionele steun bieden: Bijvoorbeeld door je hand vast te houden en je te herinneren aan ademhalingstechnieken.
• Praktische hulp bieden: Zoals je spullen klaarleggen, een glas water aangeven of overleggen met de zorgverleners.
• Betrokken blijven: Je partner kan bijvoorbeeld de navelstreng doorknippen als dat mag en gewenst is.

Bespreek vooraf met je partner hoe hij/zij je het beste kan ondersteunen, zodat jullie samen een fijne bevallingservaring hebben.

*Borstvoeding is de beste voeding voor baby’s.

Disclaimer: Deze blog is alleen bedoeld om nuttige informatie te geven aan onze klanten. De informatie in deze blog heeft geen therapeutische of diagnostische waarde en is niet bedoeld als vervanging voor het advies van een arts, specialist of andere professional. Heb je medische vragen? Bespreek die dan met je huisarts.