Hypochondrie
Hypochondrie kan er voor zorgen dat je vaak bang bent dat je een bepaalde ziekte hebt. Maar wanneer heb je hypochondrie? En wat kun je er zelf tegen doen? In dit artikel vertellen we je alles wat je over hypochondrie moet weten.
Wat is hypochondrie?
Hypochondrie is een ander woord voor ziektevrees. We noemen het hypochondrie als deze ziektevrees overmatig is. Iedereen maakt zich wel eens zorgen om bepaalde lichamelijke verschijnselen, zoals een ‘vreemd plekje op de huid’ of een hoest die lang aanhoudt. Meestal wachten mensen een tijdje af of maken ze een afspraak bij hun huisarts. Het kan ook zijn dat iemand in je omgeving aan een ernstige ziekte lijdt of daaraan is overleden, en je je wat eerder zorgen maakt als je bepaalde lichamelijke verschijnselen hebt.
Als je last hebt van hypochondrie maak je je heel vaak en heel erg zorgen of je een bepaalde ziekte hebt. Een belangrijk verschil tussen hypochondrie en ‘normale’ ziektevrees zoals we die allemaal zo nu en dan hebben, is dat geruststelling niet of nauwelijks werkt bij mensen met hypochondrie. Na een lichamelijk onderzoek door een arts zijn mensen met hypochondrie even gerustgesteld, maar al snel komt de angst voor een ziekte weer terug.
Hoe herken je hypochondrie?
Mensen die last hebben van hypochondrie zijn niet alleen bang dat zij een ziekte hebben, maar zij hebben ook het ‘gevoel’ dat zij een ziekte onder de leden hebben. Het feit dat de arts bij onderzoek geen afwijkingen vindt, geeft bij mensen met hypochondrie maar voor een korte tijd een gevoel van opluchting en geruststelling. Al snel kunnen er twijfels ontstaan of de dokter misschien toch iets over het hoofd gezien heeft. De dokter wordt opnieuw geraadpleegd of je laat je ergens anders opnieuw onderzoeken. Als iemand een keer van mening verschilt met zijn dokter, betekent dat niet meteen dat deze persoon hypochonder is. Mensen met hypochondrie vrezen vrijwel continu dat zij een ziekte hebben. Vaak gaat het iedere keer weer om een andere ziekte.
Er is geen absoluut onderscheid tussen het wel of niet ‘hebben’ van hypochondrie. Ziektevrees komt in alle gradaties voor, maar als de ziektevrees heel sterk is en minimaal zes maanden achter elkaar aanwezig is, kunnen we van hypochondrie spreken.
Mensen met hypochondrie hebben meer dan gemiddeld teleurstellende ervaringen met dokters. Vanwege de grote behoefte aan geruststelling, bezoeken zij regelmatig hun huisarts en dringen erop aan om doorverwezen te worden naar een medisch specialist. De huisarts zal hier bij het ontbreken van lichamelijke afwijkingen vaak geen reden toe zien. Hierdoor kan de persoon met hypochondrie zich niet serieus genomen voelen. Toch zijn veel mensen met hypochondrie zich er ook wel van bewust dat hun vrees om een ziekte te hebben, niet reëel is. Maar de angst is zo sterk, dat je het toch niet kunt laten om een dokter te bezoeken.
Hypochondrie gaat soms samen met andere psychische klachten, waaronder depressie en stressgerelateerde klachten.
Hoe ontstaat hypochondrie?
Ziektevrees is heel normaal en veel mensen hebben er ooit in hun leven wel eens last van. Iedereen maakt zich wel eens zorgen om bepaalde lichamelijke klachten of verschijnselen.
Omstandigheden
Er zijn omstandigheden bekend waarin mensen ‘gevoelig’ zijn voor ziektevrees. Door stress bijvoorbeeld kunnen mensen gevoeliger zijn voor het ontwikkelen van angstgevoelens, waaronder ziektevrees.
Ervaringen
Ook spelen ervaringen een belangrijke rol. Mensen die in de nabije omgeving te maken hebben gehad met een ernstige ziekte, die begon met ‘onschuldige’ klachten, lijken zelf makkelijker met ziektevrees te reageren op relatief onschuldige lichamelijke klachten of verschijnselen.
De vrees voor een ziekte verdwijnt meestal weer vanzelf, of je wordt gerustgesteld door de uitleg van een dokter. Als de ziektevrees niet verdwijnt, of zelfs toeneemt, is er sprake van hypochondrie. Uit onderzoek blijkt dat bij deze mensen een vicieuze cirkel ontstaat.
Hieronder hebben we in drie stappen beschreven hoe een persoon met hypochondrie betekenis geeft aan zijn lichamelijke verschijnselen en welke invloed dit weer heeft op zijn overmatige ziektevrees.
Angst
Als je hypochondrie hebt, interpreteer je lichamelijke verschijnselen op een angstige manier. Als gevolg van deze angst kunnen er andere lichamelijke reacties ontstaan, maagklachten, duizeligheid, hartkloppingen of een ‘vreemd gevoel’ in het hoofd. De angst leidt ertoe dat je nog meer gericht bent op je lichamelijke verschijnselen.
Door de angst ontstaan ook vaak slaapproblemen waardoor je je overdag minder uitgeslapen voelt. Dit kun je vervolgens weer interpreteren als een gevoel van ‘ziek zijn’. Ook gaan sommige mensen inspanning uit de weg, omdat ze bang zijn dat ze bijvoorbeeld een hartaanval kunnen krijgen.
Mensen met hypochondrie bezoeken vaak hun huisarts en lopen daar frustraties op, omdat zij zich in hun klachten vaak niet serieus genomen voelen. Deze doktersbezoeken kunnen dan weer nieuwe bronnen van angst en spanning veroorzaken.
Wat zijn de gevolgen van hypochondrie?
Omdat iedere persoon met hypochondrie anders is, is het over het algemeen moeilijk te zeggen of hypochondrie ‘ernstig’ is. Een belangrijke factor die mede de ‘ernst’ van de angst bepaalt, is de sterkte van de overtuiging die iemand heeft. Sommige mensen met hypochondrie hebben sterk het gevoel een ziekte onder de leden te hebben, maar beseffen tegelijk dat dit niet echt zo is. Deze mensen zijn zich bewust van hun eigen angst. Bij andere mensen met hypochondrie is de overtuiging een ziekte te hebben zó sterk, dat niemand hen daar vanaf kan brengen. Over het algemeen geldt: hoe sterker de overtuiging, hoe ernstiger de hypochondrie.
Hypochondrie kan belangrijke sociale gevolgen hebben. Het leven van mensen met hypochondrie draait soms geheel om de vrees voor bepaalde ziekten. Dit kan veel tijd en aandacht kosten, waardoor er minder overblijft voor andere zaken. Soms heeft hypochondrie ook invloed op de relatie met je partner. Sommige partners bevestigen de persoon met hypochondrie in zijn of haar angst, terwijl andere partners moeilijk overweg kunnen met het gepieker van hun partner met hypochondrie. Als partners hier niet goed mee om kunnen gaan, kan de hypochondrie zo aanleiding geven tot relatieproblemen.
Wanneer moet je naar de huisarts?
Mensen met hypochondrie komen vaak bij de huisarts, maar weinig van hen zullen de huisarts raadplegen voor hun hypochondrie. Het is vaak de huisarts die de patiënt vertelt dat er lichamelijk niets mankeert en dat de klachten ‘psychisch’ zijn. Dit kan soms verkeerd begrepen worden en wordt vervolgens vertaalt als aanstellerij. Daarom zal de huisarts de tijd nemen je goed uit te leggen wat hypochondrie is, dat het een serieus en lastig probleem is en dat het absoluut geen aanstellerij is.
Samen met je huisarts kun je veel aan je ziektevrees doen. Het is belangrijk dat je hiervoor vertrouwen in je huisarts hebt en goed contact houdt. Er bestaan ook psychologische behandelingen en cursussen om mensen te leren omgaan met ziektevrees. De meeste psychologen en instellingen voor geestelijke gezondheidszorg kunnen je hier goed bij helpen.
Wat kun je zelf aan hypochondrie doen?
Ten eerste kun je voor jezelf nagaan of je de klachten herkent die beschreven staan in dit artikel. Als je denkt dat wat je voelt in je lichaam samenhangt met de vrees voor een ernstige ziekte, dan is het verstandig om dit met je huisarts te bespreken.
Het is belangrijk om je te bedenken dat er ook andere verklaringen kunnen zijn voor wat je voelt, zoals spierspanning, slaapgebrek of stress. Als je goed contact hebt met je huisarts, kun je samen met hem of haar werken aan vermindering van je ziektevrees.
Om een oplossing te vinden voor je ziektevrees, kan het nuttig zijn een ‘compromis’ te bespreken met je huisarts. Je laat bijvoorbeeld eerst nog eens een uitgebreid lichamelijk onderzoek uitvoeren naar de dingen waarover je bezorgd bent. Je spreekt vervolgens een bepaalde periode af waarin je geen onderzoek laat doen door je huisarts, tenzij je bepaalde verschijnselen waarneemt. Welke dit zijn, kun je met je huisarts bespreken. Dit kun je daarna nogmaals doen met een langere tijd ertussen. Je maakt zo een duidelijke afspraak met je huisarts om jezelf te beschermen.
Verder is het goed om te werken aan de negatieve spiraal waar mensen met hypochondrie vaak in belanden. Antidepressieve medicatie kan soms helpen om je stemming te verbeteren, wat je met je huisarts kunt bespreken. Ook is het zinvol om te werken aan je lichamelijke fitheid, zodat spanning minder kans krijgt zich om te zetten in klachten die je als bedreigend ervaart. Met de volgende maatregelen kun je ervoor zorgen dat je wat lichamelijke spanning kwijtraakt en prettiger in je vel komt te zitten:
- Beperk het gebruik van stimulerende middelen (alcohol, koffie, medicijnen)
- Zorg voor een gezonde voeding
- Zorg regelmatig voor lichamelijke beweging
- Maak regelmatig tijd vrij voor ontspannende activiteiten
Let op, bovengenoemde maatregelen vormen geen oplossing voor de oorzaak van hypochondrie. Ze kunnen er wel aan bijdragen dat de gevolgen beperkt blijven en de negatieve spiraal wordt doorbroken.
Heb je een vraag of wil je persoonlijk advies? Kom dan langs in de dichtstbijzijnde Etos winkel. Wat je vraag ook is, we staan voor je klaar.
Artikel opslaan